Gisterochtend ging de bel, dus iedereen snelde naar het middendek. Martin zat daar en zei met een pokerface dat we geen tropenrooster hadden, maar de hele dag bezig gingen met aardrijkskunde en biologie. Toen kwam de aap uit de mouw: “Jullie gaan snorkelen en een eilandje bezoeken!” Joepie!
We verdeelden ons in twee groepen en ik ging eerst snorkelen. Na een kwartiertje varen in de zwarte bijboot kwamen we bij een piepklein eilandje dat alleen uit wat zand bestond en lieten we ons als een SWAT-team achterover het water invallen. Het moment dat we onder water kwamen leek het net alsof we in Atlantis terecht waren gekomen. We zagen een zeeduivel, en honderden prachtige visjes in alle kleuren van de regenboog. Dit was echt het mooiste dat ik ooit in mijn leven heb gezien! Ik denk dat we ongeveer twee uur gesnorkeld hebben, toen we terug de bijboot inklommen. We hebben nog een rondje gevaren en toen gingen we weer terug naar de Regina.
Nu was het de beurt aan ons om het eilandje te bezoeken en ging de andere groep snorkelen. Dit keer gingen we met de oranje bijboot. Het eilandje was een paradijsje. Palmbomen, blauwe zee, wit strand en heel veel verbrande lichamen. Daar hebben we schelpen opgedoken, het eiland verkend, op het strandje gelegen en naar een ander eilandje gezwommen.
Toen kwam ineens de andere groep ook op het eilandje. Er werd ons verteld dat we een slaapplek en brandhout moesten gaan zoeken; we bleven slapen op het eilandje! Terug op de Regina pakten we als gekken onze tassen en stonden we na een tijdje klaar om te vertrekken. We zijn teruggevaren naar het eilandje en de meesten hebben voor het donker hun hangmat opgehangen. We hebben ’s avonds rond het kampvuur gezeten en zelf broodjes geroosterd. Daarna lagen we in onze hangmatten, naar de sterren te kijken tussen de bladeren van een palmboom. Wat een perfecte dag.
CLAIRE