Zondag was het dan eindelijk zo ver: we gingen de El Teide beklimmen. Of tenminste, dat dachten we. De grote schoonmaak de vorige dag was niet helemaal goed gedaan, dus stuurde Martin de bus weg. Gelukkig konden we alles ’s ochtends nog afmaken en werd de bus weer opgevraagd. Om tien uur stapte iedereen met zijn volle backpack de bus in. Na een busreis van twee uur en een korte informatieve film over de El Teide begon de wandeling dan echt. De eerste twee uur liep iedereen vol goede moed over een vlak pad.
Op een bord stond dat we nog maar twee kilometer te gaan hadden tot de berghut. Dat viel reuze mee, toch? Maar toen begon het echte werk pas. Het pad werd steiler, de zon feller en de lucht ijler. Je moest niet te veel naar boven kijken. Linkervoet, rechtervoet, adem in, adem uit en maar blijven doorgaan. Het einde was nog lang niet in zicht. De groep had zich opgesplitst in kleine groepjes en langzaam kwam iedereen steeds dichterbij. Rond vijf uur waren we allemaal aangekomen in de berghut. Een enorme pan chili con carne werd naar binnen gewerkt en om acht uur lag (bijna, red.) iedereen in zijn bedje.
Half vier ’s ochtends. Iedereen werd wakker gemaakt en trok zijn warmste kleren aan om te vertrekken naar de top. Het doel; de zonsopkomst meemaken op de top van El Teide. We merkten al meteen een verschil in de lucht. Het ademen werd bij elke stap zwaarder. In een lange rij, met iedereen een zaklampje op zijn hoofd, klommen we steeds verder naar boven. Eenmaal aangekomen op de top keek iedereen zijn ogen uit. Je kon heel Tenerife zien en daar omheen de zee. Naast deze prachtige dingen waren er ook wat mindere puntjes: het stonk ontzettend naar rotte eieren door de zwavel en het was echt heel heel heel erg koud. Sommigen hadden een slaapzak meegenomen en kropen daar lekker in. De rest was bijna dood aan het vriezen. Ondertussen werd het uitzicht wel steeds mooier. Doordat de zon opkwam kon je steeds verder kijken en de lucht veranderde van roze naar oranje.
De terugweg was gelukkig minder zwaar. Doordat het nu licht was, hadden we het gevoel dat we een hele andere route liepen. We werden opgehaald door de bus en daar konden we eindelijk zitten. Na een kwartiertje rijden was het helemaal stil in de bus want iedereen was in slaap gevallen.
Het was een zware maar geslaagde eerste expeditie.
MOOR en NEELTJE